Een thuis ver van thuis

Home is where the heart is…

Inmiddels is er bijna een maand voorbij, een maand waarin er zoveel gebeurd is en ik zoveel bijzondere mensen heb mogen ontmoeten van zoveel nationaliteiten. Als je ooit twijfelt of er nog goede mensen rondlopen op deze aardbol, dan raad ik je aan een van de Camino’s te gaan lopen. Mijn vertrouwen in mijn medemens is enorm gestegen. Zoveel mensen hebben mijn weg op alle mogelijke manieren verlicht en leuker gemaakt.

Vandaag ben ik tot over de helft gekomen tot ver in Asturië (de derde provincie in Noord Spanje die ik doorkruis), helemaal op eigen kracht vanaf Irún. Daarmee bedoel ik zonder een trein, bus of boot te hebben genomen. Soms frustreert het me dat ik langzamer ben dan de rest en doet het me verdriet om dat los te laten. Maar ik voel me dankbaar dat ik deze lieve mensen überhaupt heb mogen ontmoeten. Soms maak ik me zorgen of er straks wel iemand is in Santiago, een vertrouwd gezicht van een lieve Camino vriend of vriendin, dat zou zo fijn zijn. Voorlopig ben ik daar nog lang niet, dus dat heeft geen zin om daar over na te denken. Ik leef en loop nu en moet eerst maar eens zien dat ik het haal tot Santiago. Ik ga vast en zeker het record breken van degene die er het langst over heeft gedaan hihi 😉

Ik heb op heel veel verschillende plekken geslapen, meestal in Albergues (pelgrimsherbergen). De pelgrimsherberg is een van de beste plekken om leuke mensen te ontmoeten. Je hebt hier in Spanje een aantal soorten pelgrimsherbergen die ik allemaal wel gehad heb. De donativo herberg, de gemeentelijke herberg (municipal), een privéherberg, een hostel (laatste 2 zijn meestal luxer). Bijna allemaal met stapelbedden en als je mazzel hebt heel af en toe een enkel bed zonder bovenbuurman of -vrouw die je bed op zijn grondvesten laat schudden als hij of zij er in of eruit klimt. Soms heb je een gordijntje voor je stapelbed, maar meestal niet, en een lampje, een plek om je telefoon op te laden of een eigen lade of kluisje. Soms krijg je avondeten en ontbijt, het is altijd een kadootje als dat zo is.

Een donativo is een herberg die het moet hebben van donaties en niet zoals sommige mensen schijnen te denken “gratis”. Een richtlijn waar ik me aan hou is: 10 euro voor alleen een bed en 20 euro als je avondeten en ontbijt hebt gekregen. Jouw donatie is eigenlijk voor de volgende pelgrim die na jou komt. Iedereen wilt graag een warm welkom en een lekkere maaltijd. Als mensen niet bijdragen, hebben de volgende niet of minder lekker te eten.

Er waren een aantal Albergues de Peregrinos die voor mij echt een thuis ver van thuis waren. Zoals de herberg van Felipe en zijn nog niet zolang geleden overleden vrouw Sylvia. Zij was een peregrina uit Nederland en 6 jaar geleden hebben ze samen deze Albergue gestart in Isla. Helaas kreeg ze ALS. Felipe deelde zijn bijzondere levensverhaal met mij, wat grote indruk op mij heeft gemaakt. Hij runt zijn “Hospital de Peregrinos” (het was vroeger een ziekenhuis voor pelgrims) nu met hulp van Jaime. Elke avond koken ze een heerlijke warme maaltijd voor de pelgrims. Ik kreeg heerlijke pompoensoep, een lekkere maaltijd met groente, vis en aardappels en daarna een toetje. Ik mocht een extra nacht blijven, omdat ik toen ik daar aankwam bijna niet meer kon lopen van de pijn. Ik maakte me veel zorgen, omdat de pijn zich enkel in mijn geopereerde been bevond. Ze hebben me ontzettend geholpen en gesteund. Ik vond het naar om die dag niks te doen en niet te lopen, maar de 2 schattige puppies en het feit dat ik me welkom voelde om te rusten, maakten alles goed. Na een dag rust ging het lopen ook weer een stuk beter.

Voor de herberg van Felipe leerde ik Pernille kennen uit Denemarken en PJ en Kenny uit de USA daarna. Ik liep een aantal dagen met Pernille op en we sliepen vaak op dezelfde plekken of bij elkaar in de buurt. Pernille had tot mijn grote blijdschap hetzelfde looptempo als ik, dus we kwamen elkaar vaak tegen en leerden elkaar goed kennen. We hebben een fijne klik. Pernille heeft gewoon 3 Camino’s achter elkaar gelopen, dit is de derde! In Laredo hield ik een rustdag in een hotel, om even 2 nachtjes goed te kunnen slapen. Pernille sliep gezellig een nacht bij mij en de volgende nacht in het klooster in Laredo, waar ik ook geweest ben om de pelgrimsmis bij te wonen en de pelgrimszegen te ontvangen. Daarna was er een “musical meeting” met de nonnen, dat was erg leuk, samen gezongen en kennis gemaakt. Ondertussen loopt Pernille al weer een tijdje voor mij en hoop ik haar snel weer terug te zien.

De Albergue in Caborredondo van de Italiaanse Giulia was echt thuiskomen. We werden hartelijk ontvangen door haar in haar prachtige Albergue dat ze runt met de hulp van vrijwilligers op donatiebasis. Toen ik er kwam, was haar moeder daar om haar te helpen. Haar herberg is kleurrijk, vol muurschilderingen en inspirerende quotes aan de muur. Tanja en ik kozen een bed in de kamer boven, waar we de enigen waren. Af en toe kwam de kat kopjes geven of bij een van ons op bed liggen, heel huiselijk. In deze herberg vormden we een nieuwe Camino familie met wie ik de daaropvolgende dagen samen op dezelfde plekken heb overnacht en die ik onderweg regelmatig weer tegenkwam. Dit waren Kathy en Brian uit de USA, Gloria uit de USA, Matanje uit Nederland, Tanja uit Duitsland en ik. Zowel Gloria als Brian konden gitaarspelen en de eerste avond bij Giulia in de herberg hebben we samen gezongen bij hun gitaarspel. “Countryroads”, “let it be”, “knocking on heavens door”, “sitting on the dock of the bay” enzovoort. Heerlijk. Dit herhaalde zich een aantal dagen later weer in de herberg van de Nederlandse Anna, ook weer een warm welkom en een fijn thuis!

In de avond aten we gezellig samen en overdag liepen we samen of alleen. Om elkaar later op de dag weer tegen te komen. Ongeveer 4 dagen heb ik met mijn nieuwe Camino familie opgetrokken en iets langer samen met Tanja. Wij liepen die dagen vaker samen dan alleen, ondanks soms wat taalproblemen konden we lezen en schrijven met elkaar. We konden lachen en huilen samen, deelden helaas ook blaren en bedbugs samen, die we ook samen weer overwonnen. Het deed me echt verdriet om weer afscheid te moeten nemen van Tanja. Soms kun je je ook echt thuisvoelen bij iemand anders en we hadden aan een woord of blik genoeg.

Tegenwoordig kan ik ook goed alleen zijn, alleen dat afscheid nemen van iemand met wie je een bijzondere connectie hebt, valt niet mee. Nu loop ik alweer een paar dagen alleen. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik het ook heel fijn vindt om de ervaring te delen met iemand anders. Ik voel me veilig op deze Camino als vrouw alleen. Ik voel me ook eigenlijk niet alleen, maar een onderdeel van de “sisterhood” van de Camino van alle vrouwen die solo de Camino lopen. Ook al zijn ze niet altijd bij me, ik kan ze altijd even bellen en we hebben regelmatig contact met elkaar om te informeren hoe het gaat. Het nadeel van het feit dat ik zo langzaam ga, is dat ik voortdurend afscheid moet nemen, omdat ik ook niet over mijn eigen grenzen ga om iemand te proberen bij te houden. Het voordeel is, dat iedereen die voor mij uit loopt, goede tips met mij deelt. Zoals de fijnste herbergen, maar ook welke plekken je moet mijden en waar je voorzichtig moet zijn. Mijn lieve Camino vriendin PJ is hier bijvoorbeeld heel attent in. Dan schrijft ze me “Monique, op dit stuk moet je echt oppassen als het regent is het spekglad!” En ze geeft me nuttige tips. Superfijn!